Inclusief onderwijs

Inclusief onderwijs is gefundeerd op de rechten van alle kinderen op goed onderwijs, vanuit de ideologie dat de mensheid in wezen een groot gezin is waarin goed voor elkaar wordt gezorgd. Daarbij wordt er vanuit gegaan dat er aanpassingen in het aanbod worden gedaan om tegemoet te komen aan verschillende onderwijsbehoeften.

Een gedachte die hierbij nog vaak overheerst, is dat we dan alle (zorg)leerlingen individuele begeleiding moeten bieden. In klassen van 30 leerlingen een ondoenlijke taak. Het drie-lagenmodel biedt een praktisch alternatief. Door te kijken welke ondersteuningsbehoefte verschillende leerlingen gemeenschappelijk hebben, kunnen we ons aanbod al voor een groot deel passend maken. Wat overblijft is een kleiner groepje in laag 2 en 3 dat extra begeleiding nodig heeft.

Tijdens mijn master Educational Needs maakte ik onderstaand overzicht (inzoomen voor de leesbaarheid).

 

De kunst is dus om te kijken naar overeenkomsten in ondersteuningsbehoefte. Zo blijken leerlingen met ADHD en leerlingen in het autismespectrum naast verschillen, wel degelijk overeenkomstige behoeften te hebben (voor degenen die meer informatie willen, kan ik deze Mooc van harte aanbevelen: ‘understanding-autism-aspergers-adhd’). Zo geldt voor beide groepen dat er problemen zijn met het plannen van taken en het opdelen van een grote taak in deelactiviteiten. Beide groepen hebben moeite met het luisteren naar instructies, deze op te volgen en af te maken. Ook hebben beide groepen moeite met executieve functies, wat zich onder andere uit in moeite met huiswerk plannen en uitvoeren, zelfmotivatie en probleemoplossing.

Het mooie is dat veel van de ondersteuning die hiervoor nodig is, nuttig is voor alle leerlingen. Ze komen overeen met aanwijzingen die gericht zijn op het verbeteren van zelfregulerende vaardigheden van leerlingen, waarbij de afhankelijkheid van de aanpassingen steeds verder afneemt zodra een leerling zich deze vaardigheden eigen heeft gemaakt. Natuurlijk is het dan wel van belang te weten of en in welke mate leerlingen zich op dit gebied ontwikkelen. De Student Agency Scale (Schoots, Tigelaar, & Admiraal, 2022) maakt deze ontwikkeling zichtbaar.